De Nederlandse wetenschapper Adriaan Gerbrands, een grote voorvechter van de ‘etnocinematografie’, had als medewerker van het Rijksmuseum voor Volkenkunde in Leiden in de jaren vijftig met film kennisgemaakt. In 1960 vertrok hij naar Nieuw-Guinea om gedurende negen maanden veldwerk te verrichten onder de Asmat. Hij collectioneerde houtsnijwerken, waar deze bevolkingsgroep vooral bekend om stond, legde een fotodocumentatie aan en filmde. Gerbrands maakte één houtsnijder, Matjemosh geheten, tot onderwerp van zijn film en toonde deze bij het maken van een trom. De geluidsband bestond uit een monologue intérieure waarin Matjemosh zin werkzaamheden becommentarieerde. Hiermee gaf Gerbrands de houtsnijder letterlijk een stem en doorbrak het idee dat ‘de primitieve kunstenaar’ per definitie een anonieme persoon was.
Credits
Regisseur
Cinematografie
Narration
Productie
Stichting Film en Wetenschap
Stichting Film en Wetenschap